Wie Addict zegt, zegt Stijn, onze goedlachse expert-adviseur. Buiten de winkeluren vind je Stijn baantjes trekken in de Wezenberg, in een fietstraining met zijn Atriac-vrienden, in een runner’s high in een Antwerps park of op het WK Triatlon voor recreanten. Ironman met een gouden hart! Wil je Stijn wat beter leren kennen? Misschien kan zijn sportverhaal je inspireren. Je leest in deze blogpost een ‘koffieklets’ met Stijn.
Als prille en jonge triatleet was ik klant van het eerste uur bij Addict. Wilde je een wetsuit huren, was er één adres in Antwerpen: de Running Planet, toen nog gelegen in de Gitschotellei in Berchem (dat na de verhuis naar Wilrijk dus Addict werd). Toen had de winkel enkel een focus op triatlon. Vele vrienden van me van het Atriac-jeugdteam waren er jobstudent. Zij tipten mij de opportuniteit voor een expert-adviseur bij Addict. Ik aarzelde geen seconde. Ik startte er op mijn 24e. Nu, 13 jaar later (reken maar zelf uit, ik ben er 37) sta ik nog steeds met hetzelfde jeugdige enthousiasme duursporters te adviseren bij Addict.
Ik ben pas op mijn 15e begonnen met triatlon. Voordien heb ik altijd gebasketbald. Ons vader was een goede basketbalspeler. Hij speelde in tweede klasse bij Niel. Van mijn 5 jaar tot mijn 15 jaar (met af en toe sabbaticaljaren) speelde ik basket. Op training was ik altijd de meest gemotiveerde, de hardste loper, maar ik kreeg te weinig speelkansen en wilde als jonge gast succesvol zijn. Individuele sporten liggen mij beter. Ik ruilde basket in voor triatlon.
Ik koos niet toevallig voor triatlon. Ik was enorm geïnspireerd door het verhaal van Marc Herremans. In 2001 werd hij zesde op de Ironman in Hawaï, in januari 2002 kwam hij met zijn koersfiets ten val en raakte hij verlamd en in datzelfde jaar stond hij aan de start van de Ironman van Hawaï (handcycle). Onwaarschijnlijk! Dat verhaal heeft me zo geïnspireerd dat ik me in datzelfde jaar (2002) heb ingeschreven bij Atriac, de Antwerpse triatlonclub.
Ik zag mij ook triatlon doen. Ik vond elke sport wel leuk: mijn nonkel had mij al wat crawl geleerd, met onze bompa ging ik regelmatig fietsen, op de basketbalclub was ik het brommerke van de ploeg. Ik heb veel meer energie dan anderen en moet continu mijn energie kwijt. Daarom past triatlon ook zo goed bij mij: ik kan elke dag mijn energie kwijt op een andere manier.
Ik startte er op mijn 24e. Nu, 13 jaar later (reken maar zelf uit, ik ben er 37) sta ik nog steeds met hetzelfde jeugdige enthousiasme duursporters te adviseren bij Addict.
Oh ja, zeer zeker. Mijn familie wist dat ik al van jongs af een fysiek had die ongezien was voor een kind van mijn leeftijd. Ik herinner me goed dat ik als vijfjarige van Oostduinkerke naar Koksijde liep: duin op, duin af en terug. Niemand kon mij volgen. Ik kwam thuis en was nog niet moe. Als kind was ik eigenlijk nooit moe van een fysieke inspanning, terwijl anderen lagen te hijgen. “Da klopt nie” … dachten ze thuis. Let wel: op de scholencross was ik altijd achteraan. Op de kortere afstanden (minder dan een kilometer) heb ik niets te zoeken.
Ongetwijfeld, zeker als jonge gast. Je hebt begeleiding nodig. Zo leer je in clubverband bv. technisch crawlzwemmen. Ook ‘alleen’ zwemmen kan soms oersaai zijn. Ik hou wel van het babbeltje aan het keerpunt of onder de douche, zwemmen in clubverband maakt zwemmen weer fun en sociaal. In clubverband zijn er ook coaches die trainingsschema’s aanbieden met een aantal piekmomenten waar je samen naar toewerkt en toeleeft. Vooral dat ‘samen’ naar een doel toeleven vind ik zo leuk bij Atriac. Ik doe ook triatlon voor het sociale. Ik heb aan Atriac mijn vrienden te danken. Ik kende niemand, had na een paar weken een paar vrienden en tot vandaag zijn dit nog steeds mijn beste vrienden. Plus, ik ben nogal iemand die soms een zot plan in zijn hoofd heeft. In de triatlonclub vind je dan altijd nog iemand anders die nog een zotter plan heeft. Je voelt je niet ‘diene éne zot’, die je wel zou zijn mocht je individueel trainen. De club is een tof ‘zottenkot’, zeg maar, van allemaal mensen die te veel energie hebben of waar een hoek van af is. Al die gelijkgestemden, dat trekt mij aan.
De triatlonsport wordt te vaak afgeschilderd als een individuele sport van ego’s met een dikbetaalde job die willen laten zien dat ze een Ironman af kunnen vinken. Dit cliché bestaat ook, zeker, maar het is een kleine niche. Het triatlonwereldje zit vol fijne mensen, ook de triatlonevents zijn superchill en fun.
Ondertussen maak ik deel uit van het competitieteam van Atriac. Wij krijgen een individuele coach ter beschikking, genieten van persoonlijke trainingsschema’s en worden regelmatig gescreend met inspanningstests. We bepalen specifieke doelen en moeten wel onze limieten halen om in het competitieteam te kunnen blijven. Mijn grote droom is ooit iets terug te kunnen doen voor Atriac, concreet door Belgisch kampioen te worden bij de masters (40+) met een sterk relayteam van Atriac. Je start met een team van vijf, de tijd van de derde telt. Ik ben nu 38, binnen 2 jaar kunnen wij misschien een competitief team samenstellen van 40-plussers en meedingen naar de Belgische titel. Het is leuker om in groep te winnen dan alleen te winnen, want dan kan je het gevoel delen.
De triatlonsport wordt te vaak afgeschilderd als een individuele sport van ego’s met een dikbetaalde job die willen laten zien dat ze een Ironman af kunnen vinken. Dit cliché bestaat ook, zeker, maar het is een kleine niche. Het triatlonwereldje zit vol fijne mensen, ook de triatlonevents zijn superchill en fun.
Ik ben 20 jaar met triatlon bezig, maar quasi elk jaar had ik een andere focus. In het begin focuste ik eerder op stratenlopen en crossen. Ik won de Sint-Andriesrun in Antwerpen, de Gaston Roelantscross in Brussel en haalde het podium in de Tessenderlo Classic en de Koksijde Beachrun. Ik combineerde dit met kwarttriatlons bij de jeugd en de beloften. Ik werd ooit negende op de Belgische jeugdkampioenschappen kwarttriatlon. Nadien ben ik stelselmatig doelen gaan afvinken: op mijn 30e (2017) mijn eerste halve triatlon (Mallorca), op mijn 32e (2019) mijn eerste marathon, op mijn 34e (2021) de Marmotte Granfondo Alpes gefietst en verleden jaar op mijn 37e mijn eerste volledige triatlon afgewerkt in Barcelona.
Er zijn twee hoogtepunten die eruitspringen voor mij. Het WK Triatlon voor amateurs in Torremolinos en de triatlon van Alpe d’Huez.
Het WK in Barcelona 2024 was mijn beste ervaring ooit! Ik wist vooraf niet eens van het bestaan van dit event. Tijdens een triatlonwedstrijd in Kinrooi heb ik me kunnen plaatsen voor dit WK voor amateurs. De eerste vijf van elke leeftijdscategorie plaatsten zich. Ik plaatste me (klaarblijkelijk) voor de sprint (1/8e) en kwart. Ik was verrast toen ik hoorde dat ik me had geplaatst voor een WK waar ik het bestaan niet eens van kende. Ik zakte toch af naar Torremolinos en dit WK bleek dé hoogmis van de triatlonsport te zijn. Alle disciplines, en dus alle triatleten ter wereld, komen samen op dit WK: de profs houden er tegelijkertijd hun WK Sprint, ook de paralympische atleten houden hun WK, net als de juniors, beloften, alle age-groups bij de amateurs, relay, enz… Werkelijk heel het internationale triatlongebeuren was er aanwezig. En dat in een zeer gemoedelijke sfeer. Triatlon is nog een van de weinige sporten waar topsporters en recreatieven deel uitmaken van hetzelfde event. Ik heb zelfs een selfie gemaakt met olympisch kampioen Alex Yee. Voortaan wil ik hier elk jaar bij zijn!
Een andere blijver in mijn triatlonagenda is de triatlon van Alpe d’Huez. Voor mij de mooiste, de meest genietbare. Ik hou er alleen maar mooie herinneringen aan over. Je zwemt in het meer van Verney, weliswaar je hoofd in het water, maar ook met een adembenemend uitzicht op de bergen die weerspiegeld worden in het turquoise water van het meer. Daarna fiets je in de wondermooie fietsstreek rond Bourg-d’Oisans met de mythische beklimming van de Alpe d’Huez als sluitstuk. Eens in Alpe d’Huez stopt de geasfalteerde weg. Je loopt dan verder de bergen in op grindwegen en semi-rotsachtige wandelpaadjes. Een semi-trailervaring, de max! Voor mij was Alpe d’Huez ook de leukste omdat ik hem niet aan 100% heb gedaan (eerder aan 95%). Mijn coach zag mijn data en zei dat het ietsje meer mocht zijn, maar aan 100% had ik zeker minder genoten. Volgend jaar ga ik terug met mijn broer en een aantal vrienden van Atriac. We gaan er zeker een outdoorvakantie aan breien … en wat downhill mountainbiken.
Iedereen verbaast er zich over hoe weinig ik train. Ik train wel dagelijks, maar in tijd minder dan anderen, misschien wel intensiever en correcter. Ik sport zelden meer dan 12 à 15 uur per week.
Het fietsen varieert van minstens 1,5 uur (tijdens de week) tot maximum 5 uur (op zondag). Lopen doe ik nooit 2 dagen na elkaar. Ik loop niet meer dan 10 tot 14 km, meestal een training van 50 minuten tot max. 1u10 minuten.
Schrijf je hier in voor de Addict Newsletter
Iedereen kan lopen, maar niet iedereen loopt op de juiste schoen. Met een loopanalyse helpen wij je de beste keuze te maken.